CHÂTEAU DE LA DAUPHINE
FRONSAC, BORDEAUX, FRANKRIJK
LE DAUPHIN
Het verhaal van Château de La Dauphine start in 1744 toen de bouw van het kasteel aanving in opdracht van Jean-Baptiste de Richon. Deze advocaat in het parlement van Parijs had ook een gerechtelijke functie in Fronsac. Bij deze was de keuze voor de locatie van zijn wijnkasteel vrij evident. Kort na de voltooiing kwam Marie-Josèphe de Saxe er enkele dagen logeren. Deze gebeurtenis gaf de aanleiding tot de naamgeving van het kasteel. Haar echtgenoot was ‘Le Dauphin’, zoon van Louis XV, en ze droeg dus de titel ‘La Dauphine de France’. In de meer recente geschiedenis was het kasteel in handen van de familie Marcetteau de Brem, de beroemde wijnfamilie Moueix en Jean Halley. In 2015 kent het kasteel met de familie Labrune van de groep CEGEDIM zijn huidige eigenaars. Ze willen absoluut vasthouden aan de reeds ingeslagen weg en dus biologische wijnen maken die de finesse van hun terroir exprimeren.
EEN VOORBEELD
Onder het bewind van de verschillende eigenaars is het domein stelselmatig uitgebreid en telt nu 53 hectare aan wijngaarden waarvan 40 hectare voor hun eerste wijn worden gebruikt en de overige 13 voor hun tweede wijn. Vanaf het begin van deze eeuw werd er meer en meer op natuurlijke wijze gewerkt. Met de opgedane ervaringen werd dan beslist om een volledige conversie naar biologische wijnbouw te doen. In 2015 resulteerde dit in een AB-certificaat en dit luidde direct de volgende stap richting de biodynamie in. Het wijnhuis werkt op een ethische manier met respect voor de omgeving. Tussen de ranken wordt er enkel met natuurlijke preparaten bemest, en dit in harmonie met de maancyclus. Ze dragen zorg voor de biodiversiteit en springen zuinig om met water en energie. Dankzij al deze inspanningen voor het milieu ontvingen ze in 2018 twee nieuwe certificaten : Haute Valeur Environnementale (niveau 3) en Système de Management Environnemental. Château de La Dauphine wil een voorbeeld zijn van een modern wijnbedrijf dat sterk is begaan met het welzijn van de omgeving. Hierbij willen ze zich toch ook wat afzetten van het zeer klassieke beeld dat in Bordeaux heerst rondom de ecologische thema’s en dat volgens hen wel eens mag opgefrist worden.
LINKEROEVER
Hun wijngaarden zijn als een lappendeken uitgespreid in een soort van amfitheater waarbij er zo’n 60 meter hoogteverschil is tussen de laagste en hoogste percelen. Het terroir is met zijn 14 verschillende bodemtypes zeer gevarieerd. We kunnen ze wel min of meer in drie grote groepen onderscheiden : een plateau met de vaak voorkomende mix van klei en kalksteen op een ondergrond van kalksteen. Op de hellingen vind je opnieuw klei en kalksteen maar deze keer bovenop een dunne laag molasse. En ten slotte vind je op de lager gelegen percelen een mengeling van klei, leem en zand op een ondergrond van klei. Fronsac bevindt zich op linkeroever. Het zal dus niet verbazen dat Merlot de overgrote meerderheid uitmaakt, met verder nog een kleine hoeveelheid Cabernet Franc die enkel voor de eerste wijn wordt gebruikt.
BLIJVEN INNOVEREN
In de moderne wijnkelder staan 26 grote betonnen cuves en 16 inox cuves van 50 hl. Hierdoor kan er parcellair gewerkt worden en dat is gezien de grote verscheidenheid aan bodemtypes echt wel een must. In 2017 werden 6 hypermoderne betonnen cuves in de vorm van een tulp aangekocht. Deze laten een nog betere controle van de temperatuur toe. In de indrukwekkende en perfect geacclimatiseerde kelder liggen maar liefst 600 eiken vaten! De wijnbouwers Bruno Lacoste en Michel Rolland streven naar elegante wijnen met een maximale expressie van het fruit. In die optiek zijn ze vanaf 2017 beginnen experimenteren met twee verschillende types van amfora waarbij de samenstelling uit klei of zandsteen bestaat. Deze opvoeding laat een micro-oxidatie toe en geeft een ander type tannines.
Château de La Dauphine is een trendsetter in Bordeaux en hun wijnen belichamen op prachtige wijze de achterliggende biodynamische filosofie.