La Clape is uniek, omdat het vroeger een eiland was dat nu verbonden is met het continent. Het blijft echter een wild stuk natuur (het is oa een verblijfplaats voor ooievaars) dat door zijn nabijheid tot de Middellandse Zee een Mediterraan klimaat kent met zachte winters en zeer warme zomers. De wijngaarden baden 300 dagen per jaar in de zon. De Cers, een droge noordenwind is de belangrijkste regionale meteorologische factor. Er valt zeer weinig neerslag. Tijdens de zomers zijn lokale orografische onweders de belangrijkste bron van hemelwater. Na het vallen van de duisternis ontstaat een nachtelijke zeebries. De hierbij aangevoerde vochtigheid zorgt voor de hydratatie van de ranken en zorgt er mede voor dat de druiven hun optimale fenolische rijpheid bereiken. De bodem uit kalksteengrind en de omringende vegetatie van oa kreupelhout, pijnbomen, tijm, rozemarijn, jeneverbes… zorgen samen voor de rijke en specifieke mediterrane toets van de wijnen van La Clape.